Kap op aanbouw

Een kap of dakpannendak mag niet op een aanbouw die kleiner is dan 4 meter uit de gevel gemeten van een oorspronkelijk hoofdgebouw.

In Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (BOR) staat in artikel 2 onder 3a te lezen:

een op de grond staand bijbehorend bouwwerk of uitbreiding daarvan in achtererfgebied, mits wordt voldaan aan de volgende eisen:

  • a. voor zover op een afstand van niet meer dan 4 m van het oorspronkelijk hoofdgebouw, niet hoger dan:

    • 1°. 5 m,

    • 2°. 0,3 m boven de bovenkant van de scheidingsconstructie met de tweede bouwlaag van het hoofdgebouw, en

    • 3°. het hoofdgebouw.

Een aanbouw is een bijbehorend bouwwerk. In dit betreffende artikel van de BOR is geregeld wat u zonder vergunning mag bouwen. Dit artikel is niet van toepassing als u bij of aan een monument iets wilt aanbouwen. Hetzelfde geldt voor als u woning (of hoofdgebouw) in beschermd stads- of dorpsgezicht gebied is gelegen. Zowel een rijks- als gemeentelijk monument hebben die bescherming. Dit kunt u lezen in artikel 4a van bijlage II van de BOR. Hierin staat dat u voor de activiteit “Bouwen” geen vergunning nodig heeft, maar het verstoren van een monument is een aparte activiteit in een omgevingsvergunning. Daarvoor dient u dus wel een vergunning te hebben, maar u hoeft het bouwen niet te verantwoorden in de vergunning.

Een aanbouw met een schuin dak is dus wel mogelijk, als het lager blijft dan de 1e verdieping (plus 30 centimeter), maar in de praktijk zal dat een heel flauw dak worden. Pannen kunnen op een dak met een schuinte van minimaal 20 graden. Sommige pannen kunnen nog flauwer, maar 20 graden is vaak het minimum om de boel droog te houden.